Onze zomervakantie begint dit jaar in de buurt van deMont Ventoux; althans dat dacht ik toen ik in november 2010 een plaatsje reserveerde op camping l'Ecluse in Buis les Baronies. Achteraf met een flinke omweg omdat de col over de kortste weg niet toegankelijk is voor caravans. En dat terwijl ik voor dit korte verblijk van 4 dagen ook vlakbij de Mont Ventoux had kunnen zitten?
Het eerste uitstapje naar deze prachtige Provencaalse bult is voor een mooie wandeling van Chalet Renard. Achterlangs via mooie vergezichten naar de top. Op dag 3 met de fiets naar boven. Ook Renee en Luuk zien de uitdaging van een fietsrit tegen deze kale berg wel zitten en na een test op de, vlakbij de camping gelegen, col de Propriac geef ik groen licht. Met twee vingers in de neus fietsen ze deze 3km lange klim van gem. 6% op.
De beide kids vertrekken dus (met een veel te zware stalen mtb) in het spoor van hun pa vanaf chalet Renard.
Mijn eigen rit begin ik rustig vanaf Bedoin. Doel is zoals altijd; boven komen . Wel wilde ik dat graag binnen de twee uren doen. Waarom weet ik niet maar het schijnt wel een magische grens te zijn. Het gaat eigenlijk prima. Van de voet tot het bos heb ik veel last van de wind die flink waait; schuin tegen! Vanaf de bocht in St. Esteve begint het bikkelwerk. En km of acht bikkelen tegen 10%; Natuurlijk zwaar maar het gaat eigenlijk prima. Velen fietsers haal ik in en zelf wordt ik twee keer gepasseerd - dat geeft moraal!
Naarmate de bomen minder worden en ik langzaam aan het einde van het bos kom voel ik de stevige wind. Vanaf Chalet Renard zal deze wind behoorlijk mee gaan doen. Hier zou Luuk aansluiten maar de zenuwen heeft zijn darmen op hol gebracht. Even later hoor ik dat hij een km of 2 achter me rijdt.
Op de kale vlakten heeft de wind vrij spel en in de binnenbochten heb ik het gevoel dat ik nauwelijks vooruit kom. De laatste kilometers zijn, mede hierdoor, ronduit zwaar. ik moet denken aan die kleine die ergens achter me fietst; hoe zou het hem vergaan? Inmiddels arriveer ik bij de laatste kilometer en ik kijk op de klok. Ik zie dat mijn deadline over 3 minuten afloopt. Dan weet ik al dat ik deze niet ga halen want de laatste km is moordend. In 2.02.24 rij ik over de top en stop ik naast de mooi uitgedoste snoepkraam. Lang tijd om erover na te denken heb ik niet want ik ga terug om Luuk bij te staan in zijn laatste kilometers. Ik daal af en na een dikke kilometer komt dat menneke me zwaaiend tegemoet. Hoe is het mogelijk? Hij vindt het geweldig. Wordt door iedereen aangemoedigd en het gaat hem goed af hoewel hij in de laatste kilometer zijn benen begint te voelen. Blij is hij dus ook als hij boven is. Ik ben trots op hem. Dat zou ik op die leeftijd niet voor elkaar gekregen hebben!
Renee begint een beetje overmoedig met een fors tempo aan de eerste kilometer. Ondans dat ik haar tot rust maan gaat ze er als een speer vandoor. Ik hou haar simpelweg niet bij zonder dat ik mijn, toch al gepijnigde, benen helemaal opblaas. In mijn eigen tempo ga ik er achter aan. Twee kilometer verder ben ik bij haar en merk dat ze haar adem niet onder controle krijgt.
Even stoppen dus.. Ze heeft zich op het eerste stuk helemaal opgeblazen. Afstappen komt niet in haar vocabulaire voor en in drie etappes bereikt ze de top; uitgeblust!
Voor de afdaling nemen we de auto en halverwege houden we halt voor een picknick in het zonnetje. Iedereen is weer op adem en blij dat de top gehaald is.