Topdag in de Eiffel

Al jarenlang ben ik van plan om te gaan fietsen in de Eiffel; rondom de Ruhrsee. Maar soms blijven zaken bepekt tot hersenspinsels; zo niet de rit door de Eiffel!

Op Hemelvaartsdag vertrekken Ralph en ik naar Simmerath voor een kleine 100km met de nodige hoogtemeters. Het begint allemaal met een file voor Luik, 50km verderop wordt ik geflitst, tijdens een inhaalmanoeuvre, door een flitspaal die idioot dicht na het veranderen van de maximum snelheid staat. Alleen door vol in de remmen te gaan had ik die bon kunnen vermijden; schweinerei von die Deutsche Polizei!

Enfin; geen goed begin dus. Maar de zon in Simmerath staat aan een strakblauwe lucht, de temperatuur ligt rond de 20 graden, een flauw briesje en een prachtige omgeving. Dan ben je de rest snel vergeten. Het parcours gaat over mooie wegen, lange beklimmingen en dito afdalingen. De beklimmingen zijn weliswaar lang maar de stijgingspercentages rond de 5/6 /7% is goed te doen. Klimmen en een lekker ritme aanhouden. Het gaat prima en ik geniet met volle teugen.


Na een tijdje bereiken we de Ruhrsee waar we overheen fietsen; een rondje via Heimbach en vervolgens weer terug, de andere kant op richting Woffelsbach,


De benen beginnen inmiddels wel behoorlijk zwaar te worden, de bidon is leeg en het wordt tijd voor een fourage stop. Maar in tegenstelling tot ons eigen Limburg, met terrassen in overvloed, is hier geen café te bekennen. De nood is hoog en als ik in een klein dorpje vraag waar er ergens een café is blijkt de man een tukker te zijn. Hij is graag bereid onze bidons te vullen met kraanwater. Trots laat hij ons zijn terras zien met een uitzicht waar je stil van wordt:


De laatste verassing verschijnt achter het dorp Hammer. Hier blijkt er nog een muur op ons te wachten. Miljaar; mijn benen zijn hier echt niet meer tegen opgewassen en ik heb moeite om de pedalen rond te krijgen. Het zuur brand in mijn kuiten en bovenbenen. Ralph is het wachten zat en hij komt me tegemoet gefietst en zo hark ik de laatste hoogtemeters van deze dag weg. Boven in Simmerath wacht een heerlijke Weißen! Een goede afsluiting van een heerlijke dag.

Riestevloai ien Banneux

Het is inmiddels mei, en de natuur ontspringt in al zijn kleuren. Op deze zaterdag wil ik daar volop van profiteren en in een lekker zonnetje vertrek ik voor een ritje naar Banneux. Vele wegen leiden naar Banneux en vandaag kies ik voor een vlakke aanloop langs de Maas, door Visé en iets verder door de "Banlieues" van Luik; Cheratte, Wandre en Jupille. In Jupille ben ik warm gedraaid en beginnen de hoogtemeters van deze rit, van kilometer 18 t/m 23 is het klimmen geblazen. De rue de Henri Warnant doet  de kuiten het meest pijn met stijgingen tot 15%. De heerlijke afdaling via de reu de Bouny. Zelfs de altijd drukke weg van Trooz naar Fraipont was deze keer een genot.

Een mooi gedeelte begint hier met de Col du Doyart. Een heerlijke loper in een prachtig landschap langs een kabbelend beekje; de smalle weg loopt door het bos omhoog in de richting van Banneux. Deze keer rij ik via Louveigne en maak een pitsstop bij de plaatselijke boulanger Marichal. Hier krijg ik een heerlijk groot stuk rijstevlaai. Perfecte riestevloai; de rijst nog een beetje zacht en met een heerlijke korst. Voor herhaling vatbaar!!!

Banneux kan ik niet passeren zonder een kaars te laten branden bij Notre Dame. Na vandaag kunnen de examens van Renee niet meer mislukken zou je zeggen! En na het branden van de kaars zet ik de afdaling in richting Nessonvaux. Het is mij bekend dat de Transsenster een slecht wegdek heeft maar het lijkt wel of deze weg onlangs te lijden had aan een bombardement. Het wordt zo langzamerhand wel heel link. Enfin uiteindelijk zonder kleerscheuren in Nessonvaux aangekomen.

Het hoogtepunt van deze rit is de gelijkmatige maar lange klim die eigenlijk begint in Nessonvaux en eindigt in Herve. Het gedeelte tussen Nessonvaux en Soiron is geweldig mooi; langs de bois d'Olne en de groene weiden waarin de bloemen in al hun kleurenpracht bloeien.


Na Herve alleen maar bergafwaarts naar Eijsden. En hoewel ik de laatste tijd weinig meer op kilometertellers let zijn dit de wegen om de gemiddelden nog enigszins op te krikken.

Volta Classic 2017

Sinds lange tijd weer een toertocht. Op het laatste moment wordt ik over de streep getrokken door Danny. Want tijden het uitzetten van de pijlen op de zaterdag merk ik dat er zware pap in de benen zit. Dat gaat hem niet worden dacht ik bij mezelf. Maar een berichtje van Danny verandert mijn mening. Het tempo van deze groep kan ik waarschijnlijk wel goed aan dus ik ga mee.

Een lekker zonnetje vergezeld ons tijdens het ritje waarbij de heuveltjes elkaar in rap tempo afwisselen. In het begin rij ik de heuvels in een rustig tempo op. De ledematen voelen prima en af en toe trek ik voor mijn doen bergop stevig door. Onderweg worden we regelmatig op de gevoelige plaat gezet.




Het is gezellig en onderweg kom ik veel bekenden tegen; ik blijk niet de enige Eijsdenaar die een thuiswedstrijd fietst, Jammer genoeg zijn de Waalse heuvels uit het parcours geschrapt. De organisatie krijgt geen vergunning en dus worden er wat extra hellingen op Nederlands grondgebied in de route geplakt.

Na de finish is er plaats voor een heerlijke Erdinger. Op één been kun je niet staan dus het worden er uiteindelijk wat meer.




Rondom Sanary sur Mer

Na de escapade in het Parc du Pilat strijken we een paar dagen later met de sleurhut neer in Sanary Sur Mer; een heel leuk toeristisch kuststadje aan de Cote d'Azur. In tegenstelling tot verleden jaar lijken de fietsmogelijkheden in de buurt beter. Via Routeyou.com heb ik een paar routes in elkaar gedraaid waarbij ik de software de leukste routes tussen een paar punten heb laten kiezen. Ik doe dat wel vaker en soms is dat verassend leuk. Ook nu blijkt dit verassend!

Mur d'Evenos
De eerste rit samen met Luuk gaat via de Gorges d' Ollioules naar Evenos. We rijden over de mooie maar behoorlijk drukke weg richting Evenos waar we plots een hele smalle weg worden ingestuurd. Een verhard pad waar met moeite een auto op past gaat aanvankelijk zeer mild omhoog door een rustig bos. Na een kilometer doemt er echter een muur voor ons op. Een enorm steile helling ligt in het verschiet. Maar doorgaan; zal wel niet ze lang duren zeg ik tegen Luuk. Zwoegend tegen de muur;kwijl loopt uit de mond, het wordt zwart voor de ogen. Luuk trekt het niet meer en het loopt hem letterlijk bijna dun door de broek. Van de fiets af, de struiken in tussen de plaatselijke woningen die er wel nog zijn in dit grillige oord. Er is geen andere keuze. De barre tocht wordt voorgezet; we weten niet hoe lang deze escapade nog gaat duren. Afgepeigerd komen we boven; 1,6 km aan 13,3% gemiddeld. Bahbah Luuk heeft het helemaal gehad - dit is geen fietsen - hij vindt het goed geweest en wil terug naar de camping; geen mont Faron vandaag dus!




Mont Faron
De tweede dag ga ik wederom op pad naar de mont Faron. Nu neem ik een andere weg maar wederom stuit ik op een helling van 1,7km met buitenaardse percentages; ruim 25% op het steilste stuk. Niet zo erg als de mur d'Evenos, maar toch weer zo een kluif voor de Mont Faron die nog moet komen. De mont Faron zelf is echter ook niet te versmaden. 6 km smalle weg met constant 10 procentpunten op de hoogtemeter. De benen branden dan ook behoorlijk en het is zeker geen makkie. Ik voel dat ik nog maar weinig moeilijke kilometers in de benen heb. Het is wel een hele mooie berg om te fietsen. Constant een prachtig uitzicht op de onderliggende stad Toulon met de achterliggende zee en de marinehaven. De weg is niet best maar wel heel rustig. De afdaling is eveneens steil met prachtige bochten.




Mont Caume
Een andere bult die beklommen wordt is de Mont Caume. Net als zijn iets lagere broertje "Faron" is ook dit een eenzame bult die je al van ver ziet liggen. Het parcours gaat wederom via de Gorges d'Oiliolles maar de "mur d'Evenos" laat ik deze keer met alle plezier onaangeroerd liggen. Via de route de Broussan klim ik naar Evenos. Ook een pittige klim maar de 10 procentpunten van nu stellen niets voor ten opzichte van de geseling van een paar dagen terug. Het is wederom een heerlijke route en dat geldt evenzo voor de Mont Caume. De 8 kilometer lange klim op een veredeld ezelen pad naar de top is niet te versmaden en behoorlijk lastig in de zinderende Mediterraanse hitte; maar toch ben ik in mijn element. Rustig peddel ik door naar de top waar ik door de steekvliegen weer snel de afdaling wordt ingejaagd. Weer terug op de : grote weg rij ik richting Toulon en ook dit stuk is weer erg fraai. De Faron laat ik echter links liggen want er is genoeg geklommen vandaag.

Langs de kust naar Ile de Gaou
Het is niet alleen maar klimmen in la douce France. Het is vakantie en relaxen is toch de hoofdmoot. Zwemmen, snorkelen, lekker eten, een goede fles wijn en af en toe nog een lekker relaxed ritje op de racefiets langs de fraaie kust. En fraai is het hier. Op de 10 kilometer die voert naar Ile de Gaou fiets je langs de mooiste rotsstranden, langgerekte zandstranden, het gezellige maar zeer toeristische Sanary met het leuke haventje. Maar het hoogtepunt is toch wel de omgeving rondom Ile de Gaou.
Woeste rotspartijen, die boven de woelige zee uitstijgen. Prachtig om hier te snorkelen; dat hebben we achteraf een aantal keren ontdekt. Vandaag beperken we ons tot een terrasje en het fraaie uitzicht. Om vervolgens weer hetzelfde ritje terug naar de camping te maken.












                                                                                                                        











  








Cote d'Azur - Sanary sur mer

De Cote d'Azur staat niet bepaald bekend als een spectaculair fietsgebied. In eerste instantie denk je natuurlijk aan de diepblauwe zee, mooie baaitjes, zwemmen en toerisme. Maar geen vakantie zonder fiets natuurlijk. Op 5 augustus gaan we volgepakt en met twee racefietsen achterop de auto op pad.

Geen vakantie zonder caravan; die we moeten oppikken in Clonas sur Vareze. Dit dorpje ligt aan de voet van het mooie Parc du Pilat; al eerder beschreven op dit blog. Op de eerste dag na aankomst maak ik met Luuk een pittige rit van dik 70km. Via Chuyer de col de Pavezin op. Vanuit St. Croix en Jarez willen we de Croix de Mazet op maar een foute route leidt ons naar de Montee de Raynau. Een grillige, steile en dus zware rakker die de kuiten flink doet branden. 3km gemiddeld 8% (met een afdaling van ca 500m hierin) is ook voor Luuk zwaar; gelukkig maar. Want deze rit heb ik in de gaten dat ik zoonlief, ondanks het feit dat hij alleen tijdens de vakanties fietst, op elke beklimming moet lossen,




Na deze pittige beproeving is het even freewheelen naar Terasse sur Dorlay waar de beklimming van de Crete d'Oeillon begint. De eerste kilometers doe ik het rustig aan; ik weet nog wat komen gaat. Luuk is er al als een speer vandoor. Zelf maak ik nog wat foto's.





Tijdens de eerste 3 kilometer van de klim wordt je eigenlijk voor de gek gehouden. 500m omhoog waarna je weer de helft omlaag gaat; dat schiet niet echt op zo! Bij de scherpe bocht nabij een afgelegen houtzagerij begint het dan echt. Een kilometer of 5 tegen een percentage van 5-6%. Het tempo zit er goed in en ik verwacht niet dat Luuk lang moet wachten op mij. Eigenlijk hoop ik/verwacht ik dat hij bij de splitsing van de Croix de Collet op me wacht. Maar helaas zie ik daar dat hij is doorgegaan naar de top. Mijn benen willen niet echt meer. Maar ik laat me natuurlijk niet kennen. Luuk naar de top; pa naar de top. Ik heb het zwaar, de benen doen pijn en de kilometers gaan maar langzaam voorbij. Op minder dan een kilometer onder de top zie ik Luuk met hoge snelheid de berg afdenderen. Ik ben bijna bij de top en wil ook helemaal door de zure appel heenbijten. Opgelucht geraak ik boven en draai ik gelijk om; de afdaling van ruim 18 kilometer lang is ingezet. Op de brug over de Rhone het laatste sprintje. Luuk zit er ook doorheen merk ik nu en de laatste "eer" is aan mij. Een zware maar heerlijke rit met ruim 2000hm is aan mijn palmares toegevoegd. Toch bijzonder om hier te fietsen en samen met je zoon af te zien.

De dag erna een kort rondje door Pelussin en de mooie Gorges de Malleval. Zeven km beklimming is een hele kluif voor Kalita. Maar ze doorstaat deze beproeving met verve. In een ritme als een klokje fietst ze in één keer naar het hoogste punt van Pelussin. Hier draaien we om en vanaf daar is het eigenlijk freewheelen naar Malleval. Een prachtig middeleeuws dorpje gelegen boven op de rotsen van de gelijknamige Gorges de Malleval. 




Ik pas me met veel plezier aan het tempo van Kalita aan en fiets zo het overtollige zuur van gisteren uit mijn benen. Het Parc du Pilat laten we weer achter ons. Wat is dit toch altijd een magnifiek gebied.




.

.