Ardechoise 2011 - dag 3

Ardechoise 2011 - Dag 3

Het is in de nachtelijke uren niet tot me doorgedrongen. Maar de regen is de hele nacht met bakken uit de lucht gevallen. In de morgen is dat niet anders. Ik besluit even te wachten en om 7.45 uur wordt dat beloond. Het plenst dan in ieder geval niet meer en ik vertrek voor de laatste dag. Deze laatste beproeving begint met een klim van 23km naar de Gerbier de Jonc. Van de regen heb ik niet veel last en tijdens de klim breken er gaten in de bewolking. De omgeving is weer om te smullen. Halverwege een mooi zicht op “le cascade de Ray Pic”.


Op de Gerbier de Jonc is het mistig en ronduit koud; 8,2 graden! Echt weer voor een lekkere afdaling dus. Halverwege moet ik stoppen omdat mijn hele lichaam verkleumd is en ik bijna van mijn fiets afbibber. De mensen in St. Martial hebben dit begrepen en verwarmen de fietsers met thee en hun hartelijkheid. Het is net genoeg om de rest van de afdaling te volbrengen. Tijdens de “echte” ravitaillering in Arcens is het ergste leed geleden. Ik doe me hier tegoed aan het heerlijke stokbrood met saucisson, geitenkaas en andere lekkernijen. Vergezeld van een lekkere bak koffie. Natuurlijk eet ik weer veel te veel en dat breekt me de eerste kilometers weer op. In de lange klim naar St. Agreve kom ik weer in mijn ritme.Op de ravitaillering in St. Agreve is het een groot feest. Ondanks dat ik nog lang geen honger heb stop ik hier om de sfeer te proeven en die is super. Inmiddels zijn alle zaterdagrijders op dezelfde route en is het een heel gezellige drukte. Honderden fietsers doen zich te goed aan een uitgebreide bevoorrading er zijn optredens en er is muziek. De zon schijnt inmiddels weer en het jasje kan uit.
Na St. Agreve dalen we weer af om vervolgens de mooie beklimming naar Rochepaule aan te vallen. Boven in het dorp weer van hetzelfde laken een pak; lekker eten, muziek, kortom een schitterende ambiance. Zo gaat deze bonte stoet met fietsers verder door het prachtige landschap. Van dorp naar dorp. flink bergop om vervolgens weer af te dalen. Op de klim naar Lalouvesc voel ik de energie langzaam uit mijn benen vloeien. Deze 10km lange klim tot boven de 1000m hoogte is pittig.
Elke km verspreiden authentieke Franse orkestjes hun mooiste klanken over de bergflanken. De ouderwetse trekharmonica's geven een hele leuke sfeer. Af en toe wordt ik een beetje emotioneel van alle egards waarmee het Ardechoise volk ons tegemoet treed.



Lalouvesc is het laatste dorp voor de finish. Hier eet ik een stuk of tien halve sinaasappels en daarmee volbreng ik het restant van de klim en de lange afdaling naar st. Felicien. Na drie prachtige dagen bereik ik het eindpunt; blij dat ik binnen ben maar ook jammer dat het is afgelopen.
Nu is het tijd om het bagageprobleem op te lossen. Aan de organisatie vraag ik of ze mijn bagage naar nederland kunnen terug sturen. De jongen vraagt waar ik dan naar toe moet en als hij hoort dat ik de dag erna naar Valence moet biedt hij spontaan een lift aan; om 11.30 heeft hij daar een afspraak - probleem erg snel opgelost dus! Nadat ik me een biertje goed laat smaken vertrek ik richting de slaapplek van de eerste dag; Maison d'hotes Le Gouy http://www.legouy.e-monsite.com/.




Pierre trekt een fles Chataigne (kastanjebier) voor me open. Dat smaakt heerlijk!  Datzelfde geldt wederom voor de maaltijd die me een uur later wordt voorgeschoteld. Pierre en monique hebben alle registers opengetrokken en na vier gangen, begeleid door aperatief, heerlijke rode wijn, digestief, koffie, zit ik helemaal vol. Een prachtige afsluiter van 3 heerlijke fietsdagen in één van de mooiste regio's op deze aardkloot.


Op zondag wordt ik keurig naar Valence gebracht en om 20.00 uur 's- avonds ben ik weer thuis. De natuur en de mensen in het Zuid Franse land hebben mij geroerd. Het zal zeker niet de laatste keer zijn dat ik afreis om de Ardechoise te fietsen.








Ardechoise 2011 - dag 2

Ardechoise 2011 - Dag 2

Slaapdronken en een beetje stijf hijs ik me in mijn wielertenue. Het is 6.45 uur in de ochtend en na een lekker ontbijtje met croissant en stokbrood zet ik koers voor de tweede dag van de Ardechoise. Vanuit St. Pierreville gaat de weg meteen behoorlijk omhoog in de richting van St. Julien de Gua. De damp stijgt op uit de omliggende dalen; een sprookjesachtig tafereel.


Het is lekker weer; het zonnetje schijn en het is 17 graden.Via de col de Fayolle bereik ik na een uur St. Julien de Gua; het eerste dorpje waar de inwoners ons trakteren op plaatselijke lekkernijen met een warme kop koffie. Vervolgens stijgt de weg tot in de dubbele cijfers en dat is veel t.o.v. de percentages die we tot nog toe voor de kiezen kregen. Boven op de Fayolle een lekker vlak stuk en een afdaling over een prachtig kleine weg richting Privas. Hier worden we door het stadscentrum geleid.




Opvallend overigens dat de bevolking juist in deze grote stad niets geregeld heeft. Direct na Privas krijgen we de Col du Benas voorgeschoteld. Weer 8 km klim en dito daling in de richting van Lussas. De inwoners van dit dorp hebben alle registers open getrokken en presenteren zich geheel in Romeinse stijl.



De fietsers worden getrakteerd op zelfgemaakte appelsap, gedroogd en vers fruit. In het restaurant kan gegeten worden; een drie gangen menu met wijn speciaal voor de fietsers. Er zijn veel Fransen die een heel menu naar binnen werken (inclusief de wijn). Ik hou het bij het hoofdgerecht , dat daarna al behoorlijk zwaar op de maag valt. Van de wijn alleen een klein slokje.
Het traject tussen Lussas en Vals les Bains is niet noemenswaardig en valt in het niet bij hetgeen dat ik tot dan toe gezien heb. Dat komt mede doordat ik de stops in de dorpjes links laat liggen. Het zijn er simpelweg te veel en ik heb last van een lunchdip! Ik kom weer bij in de klim richting Genestelle. De omgeving wordt mooier en mooier en bereikt uiteindelijk het absolute hoogtepunt op de top met uitzicht over de afdaling, de bloeiende kastanjebomen  en het ondergelegen Antraigues sur Volane – wat een schitterend plaatje!





En wat een heerlijke afdaling tot in het leuke stadje waar heel veel fietsers de terassen bezetten. Zelf klim ik gelijk door naar het verder gelegen Aizac. Het is een pittige maar wederom mooie klim door de bloeiende kastanjebossen. Boven tref ik de Breton die met een uitgebreide lunch bezig is; het nagerecht fromage du chevre. De pichet rosé die naast hem staat is bijna leeg.  Het is eigenlijk schitterend om te zien hoe Fransen de Ardechoise beleven. De sportieve uitdaging enerzijds maar ook vooral het genieten – hier zie je ook nauwelijks “echte” of althans vermeende wielrenners die een bepaald gemiddelde moeten halen. Treintjes heb ik op de donderdag en vrijdag nauwelijks gezien.  Ik voel me in ieder geval uitstekend op mijn gemak hier.
De laatste kilometers van de dag gaan via prachtige wegen richting Burzet; een leuk dorp aan de voet van de Gerbier de Jonc.





Burzet is een gezellig dorp en op het terras is het goed toeven. Onder het genot van een lekkere pot bier geniet ik hier nog een uurtje verder. Bij een prima 3 gangen diner worden de hoogtepunten van de dag doorgenomen. Het hotel zelf is wat minder, maar ja het bed is schoon, ben zelf erg moe, dus dat slapen loopt wel los.

Ardechoise 2011 - dag 1

Ardechoise 2011
Om 4.40 uur loopt de wekker af. Met de TGV bereik ik in no-time Valence. Om 12.00 uur heb ik mijn fiets in elkaar gezet en vertrek ik  voor een “lekker” tochtje van 45km naar St. Felicien. Het lekkere gevoel verdwijnt als sneeuw voor de zon als ik de bagage op mijn rug voel. Deze is loodzwaar. Vooral op de klim in de richting van St. Victor. Als ik in de laatste km naar boven hark stopt er een auto die het blijkbaar niet kan aanzien. De bestuurder biedt aan om bagage, fiets en mijzelf naar St. Felicien te brengen. Dat aanbod grijp ik met twee handen aan.

In St. Felicien is het een drukte van jewelste. Allereerst zorg ik dat ik van mijn bagage afkom. Ik ga absoluut niet met deze bagage naar Lamastre (mijn logeeradres) en lever deze dus maar alsvast in voor het transport van morgen. Hier blijkt dat mijn rugzak 13kg weegt (4kg te zwaar) en ik moet veel spullen in de fietstas in St. Felicien laten staan. Na de formaliteiten meng ik me tussen het feestgewoel, loop wat rond bij “le depart” en drink wat op het terras.
Om 18.00 uur besluit ik verder te fietsen naar mijn logeeradres tussen Nozieres en Lamastre. Via de 10km lange, maar goed lopende, col du buison bereik ik na 24 km mijn logeeradres. Een schitterende gites (chambres d’hotes). Hier wordt ik naar mijn leuke kamer gebracht. Erg vriendelijke mensen die me een maaltijd voorschotelen waarbij ik bijna mijn handen op eet; echt super (€ 18,-- voor een 4 gangen diner incl. de wijn, die ik met het oog op de komende dagen, met mate nuttig).



Ardechoise 2011 - Dag 1
Na een lekker ontbijtje stap ik ’s-ochtends een beetje zenuwachtig op de fiets. Het is heerlijk weer. Via een prachtig tussendoorweggetje bereik ik na 19km St. felicien. Na een rustige start bereik ik de eerste dorpjes waar een spontaan volksfeest plaatsvindt. De dorpelingen zijn razend enthousiast en we worden met veel gejuich en met alle egards ontvangen. Drinken, stokbrood met confiture de chataigne (kastanje) of saussicon, cake. Het grappigst, zijn de schoolkinderen die langs de kant staan. Ik wordt hier erg warm van en moet echt af en toe slikken om het enthousiasme dat de bewoners hier ten toon spreiden – encroiable!







Maar er moet ook gefietst worden en het gaat behoorlijk op en af. In het limburgse en Belgische land waar ik normaal fiets is het kort en fel. Hier is het echt een kwestie van de lange adem; en dat ligt me wel. De klim rustig beginnen; in het goede ritme komen en in een strak tempo naar boven rijden. De “taktiek” die me prima bevalt. Inmiddels bevind ik me op een prachtig gedeelte van het parcours. Ik geniet met volle teugen en dat geeft me voldoende energie om de vermoeidheid in mijn benen te verdringen.

Inmiddels schuiven er flinke wolken voor de zon. Op dat moment is dat niet zo erg want het is behoorlijk warm. Tijdens de lange en prachtig beklimming van de col de Faye voel ik de eerste nattigheid. Op het moment dat ik het “buffet” bereik dat boven op deze col is ingericht valt de regen met bakken uit de lucht en kraakt de hemel. Het zeil dat de mensen gespannen hebben heeft meer gaten dan plastic en is absoluut niet bestand tegen de enorme hoeveelheid regen die uit de lucht valt. Een regenjasje heb ik niet maar krijg een vuilniszak aangereikt die ik dankbaar over mijn wielershirt trek.
Na een hoosbui van drie kwartier bedaart de hemel en kan ik bibberend verder naar Albon. Ondanks de lekkernijen die ons worden aangeboden stop ik niet en rij door naar St. Pierreville waar het eerste logeeradres is gelegen. In St. Pierreville worden de fietsers getrakteerd op bierre de Chataigne; een heerlijk kastanjebier. De burgemeester van het dorp staat achter de tap en spoort ons aan om er vooral nog een te nemen. Ik laat het me dan ook goed smaken.






Na 4 kastanjebiertjes en een lekkere douche plof ik moe maar voldaan op het bed neer. 123 km onvervalst prachtig Ardechoise landschap met 2100hm kreeg ik voor de kiezen. Samen met 2 Haut Savoiers en een Breton laten we tijdens de heerlijke 3 gangen diner, die s'avonds wordt geserveerd, de hoogtepunten van de dag de revue passeren. En met een lekker wijntje erbij wordt mijn Frans steeds beter. Na een ongelooflijk mooie dag val ik in een diepe slaap.

Ardechoise voorbeschouwing






Over een dikke week is het zover. Dan vertrek ik met de TGV naar het Zuiden van frankrijk voor de Ardechoise 2011. Ik rij de driedaagse La Châtaigne - Ardéchoise - 349km, met 6500 hoogtemeters. Tel hierbij de heen- en terugreis naar mijn overnachtingsadres (44km) en ik weet dat ik het erg zwaar ga krijgen; hoewel ik meer gefietst heb dan ik ooit heb gedaan en beter in vorm ben dan ik ooit ben geweest. De afstand die ik volgende week drie dagen achter elkaar ga rijden heb ik afgelopen weekend gereden. Na 137 km zat ik er behoorlijk doorheen. Weliswaar een excuus; veel wind en erg warm, maar dat kan in de Ardeche ook best wel eens het geval zijn.

Niet alleen het fietsen is spannend, ook het feit dat ik er in mijn uppie naar toe ga met de TGV is wel apart. Mijn fiets gaat mee in een speciale fietstas van 90 x 120m. in Valence wordt dit vehikel uitgepakt en gaat de reis verder per fiets naar St. Felicien (50 km) en door naar mijn overnachtingsplaats in de buurt van Lamastre. Op de startdag moet ik dus eerst 22 km naar de start in St. Felicien fietsen om vervolgens de tocht te beginnen
De Ardechoise staat niet alleen bekend om het mooie en zware parcours. Deze tocht staat vooral bekend als een waar fietsfeest. Er zijn prijzen te winnen voor de dorpen die het mooist/origineelst uitgedost zijn. En dus gaan de dorpen  met elkaar de strijd aan.

Het parcours zelf is zwaar maar erg mooi. Verleden jaar heb ik een gedeelte van het parcours gefietst en ik ben er smoorverliefd op geworden. Nu heb ik toch al een tik van Frankrijk maar de Ardeche vond ik wel heel speciaal. De hoogste top wordt op de derde dag bereikt (Gerbier de Jonc) waarna alle tochten bij elkaar komen (alle meerdaagse tochten en de ééndaagse cyclorijders). De laatste 50 km op een afgesloten parcours terug naar St. Felicien. Daar zal ik me een goeie pot bier wel laten smaken. De laatste 22 km terug naar de plek waar ik de laatste nacht doorbreng gaan helaas flink bergop.


Het zal zeker zwaar worden maar ik ben vastbesloten vooral te genieten. De enige must is het halen van de overnachtingsplek. Hoe lang ik daar verder over doe is geen punt. Lekker hapje onderweg en misschien nog wel een duik in één of andere rivier of meer. Het is de bedoeling dat het een vakantie wordt en ik weet zeker dat dit gaat lukken. Hopelijk zit het weer een beetje mee!

Nadat ik hopelijk weer een goede nachtrust heb gehad in Gouy fiets ik op zondag terug naar Valence waar ik om 14.00 uur op de TGV richting Luik moet stappen.

.

Les Crêtes-Ourthe-Aisne-Ambleve


Als voorbereiding op de Ardechoise kies ik voor de Waalse Pijl.  Volgens velen de zwaarste toertocht in deze contreien. Deze tocht wordt echter afgelast. Alweer problemen met vergunningen; dus op zoek naar een alternatief. Dat vind ik in "Les Crêtes-Ourthe-Aisne-Ambleve"; een kleinschalige toertocht vanuit Seraing. Een uitstekend alternatief blijkt vandaag!

De tocht begint vroeg voor mij. Om 7.30 uur rij ik al weg uit het Centre Sportif van Seraing. Al snel veranderd één van de smerigste stadsdelen van Luik in een parel van de Condroz. Deze streek heb ik nooit aangedaan met mijn fiets maar sinds vandaag ben ik er smoorverliefd op geworden. Mooi afwisselend landschap met hele leuke klimmen.

Via Rotheux, Tavier, Xhos worden de toerrijders richting Hamoir geloodst. Druk is het niet. Af en toe een fietser die me voorbij rijdt, autoverkeer is er nauwelijks en door de mooie bossen wordt het getik van de derailleur slechts overstemd door de vrolijke ochtendzang van de vogels. Het landschap golft op en af. Ik heb het helemaal naar mijn zin!


In de buurt van de inmiddels al 2e ravitaillering is de eerste noemenswaardige lange klim (cote de Fays). De ravitaillering zijn trouwens uit de kunst. Ben je al eens in een Belgische patisserie geweest; welnu, fiets volgend jaar deze tocht en je krijgt er 3! Voor het luttele bedrag van € 5,-- inschrijfgeld kun je vele soorten heerlijke cake, taartjes, wafels en weet ik veel wat allemaal eten. En dat gegoten in een prachtig decor waar je verschrikkelijk kunt afzien.



En afzien gaat het wel een  beetje worden. Via de prachtige en lange afdaling van les Forges (die ik 2 weken geleden nog beklom), de stevige en lange beklimming van de Xierfomont, wordt koers gezet richting een smerige steile tweetrapsraket; La Redoute. Tijdens de Frans Schoubben Memorial had ik het hier erg zwaar maar nu viel het mee; ondanks het inmiddels behoorlijk warme weer. In een rustige cadans rij ik tot de steile stukken waar ik vandaag redelijk makkelijk tegenop hark.

Op de top van de Redoute heb ik 100km afgelegd. Via Florzé en Rouvreux rij ik in de richting van de Chambralles. Deze laten we echter links liggen en zetten koers naar de derde ravitaillering waar de maag weer gevuld wordt met allerlei lekkernijen. De tocht gaat verder langs Chanxhe, Poulseur en Esneux, prachtig gelegen dorpen langs de Ourthe. 



In een rustig tempo wil ik de resterende 25 km volbrengen. Aan mijn wiel merk ik plots een metgezel. Na een tijdje kom deze langszij en blijkt het een leuk uitziende blonde dame. Strak uitgedost in een castellipakje. Helaas nam ze voor mij net iets te hard over. Aanpikken ging niet echt makkelijk want ik zat al tegen de kramp aan.

Na het vrij vlakke stuk langs de ourthe rij ik verder naar een prachtige apotheose in de vorm van de cote de Rotheux, een schitterende klim van ruim 2km.  Maar op 9km voor de finish is dit een ware killer. Als ik boven ben is de jus volledig uit de benen en prijs ik de organisatie dat de laatste 5km alleen maar berg af gaan.

Op het Centre Sportif in Seraing neem ik de gebruikelijke Jupiler en een heerlijke barbecueworst, althans zo zag het eruit. Schijn bedriegt soms. Want na het eten van deze worst heb ik meer vet binnengekregen dan ik op de hele dag verbrandde. De barbecueworst is dan ook overigens het enige kleine minpuntje dat ik kan verzinnen. Het is met andere woorden één van de mooiste toertochten die ik ooit gereden heb. Een erg goed uitgepijlde, pittige en prachtige route, 3 zeer uitgebreide ravitaillering; een dikke chapeau voor de organisatie.


.

.