La Doyenne (Luik - Bastenaken - Luik)

Moordhellingen, de geur van barbequeworsten, onvervalst Waals sentiment werd me door Xavier en Mathijs in het vooruitzicht gesteld. De inschrijving voor Klimmen-Monschau-Klimmen ging in de uitverkoop. De 22e april was La Doyenne en voor de professionals uit gaan we de finale verkennen. Allereerst naar de start op le Place St. Lambert in Luik waar we de Raborenners Geesink en Mollema succes wensen voor de koers.



Vanaf Luik door de binnenstad richting Tilff en Esneux waar de eerste clash van de dag plaatsvindt. De Roche aux Faucons (Valkenrots); bij de professionals valt hier vaak de “vorentscheidung”. Hier gaat het spel op de wagen. Een kreng van een helling die ik tomeloos onderschat.  Ik was nog wel gewaarschuwd voor de steilte. Daar had ik me volledig op ingesteld maar als de klim twee maal zo lang is als je verwacht dan valt dat flink tegen. Valken heb ik op de rots niet gezien, wel sterren. De aanmoedigingen van de supporters die zich al vroeg in berm hebben geparkeerd, aan de kant geven me een beetje moed om de laatste 100m te slechten. De eerste barrière is genomen.



Het vervolg van de route richting Luik gaat via grote stinkende wegen, door grauwe voorsteden richting de St. nicolas. Deze klim rij ik wat rustiger op dan de eerste klim. De Waalse taferelen die zich in dit dorp afspelen wil ik wel eens goed bekijken. De Rue de Bordelais, zoals deze weg heet, kronkelt zich door het dopje waar de tijd lijkt stil te staan. Vandaag is het feest. De koers komt langs. De tent staat op, de barbecue is al aan de voet van de klim te ruiken en de mensen staan langs het parcours; het is pas half twaalf en het duurt nog zeker 5 uur voordat de “echte” renners passeren. Voor nu moeten ze het doen met de Jupiler, de Saucisse en de tweederangs coureurs. We krijgen dan ook alle egards bij onze doortocht door dit Waals tafereel. Een leuke doortocht maar ook een steile; een kilometer tegen 12-13%.



De afdaling tot de laatste 2 km in Ans gaat vlot. De weg is slecht, de omgeving niet om over naar huis te schrijven. De 2km vals plat die ik in gedachte heb, blijkt in werkelijk gewoon een klim van 2km. 5, 6 en 7% is voor mij geen vals plat meer. Eenmaal boven is de pijn snel vergeten. Dan mogen we zelf aan de Waalse geneugten proeven. De Jupille et saucisse smaakt uitstekend!




En na deze verdiende pauze dalen we, een beetje verdoofd door de alcohol, terug naar le Place St. Lambert en verder naar Visé en Eijsden.  

S'-middags bekijk ik, met de benen omhoog, op tv de echte koers. Als ik Nibali naar de finish zie rijden heb ik met hem te doen; het is een verdomd zware finale!

Hel van het Mergelland


Een kort winterseizoen; in november nog in de korte broek, een leuke loopperiode in het najaar en begin van de winter. Helaas iets te hard van stapel gelopen met een vervelende blessure tot gevolg. In januari een paar leuke sneeuwritjes en met het stijgen van de temperatuur stijgen de kilometers; het nieuwe fietsseizoen is weer begonnen! 


De eerste echte test in 2012 is de Hel van het Mergelland (die ze omwille van de commerce helaas hebben omgedoopt tot “ Volta Limburg classic”). Op de planning staat de bescheiden versie van 85km.  Helaas niet de officiële toerrit want de zondag durf ik niet aan. Het promotiefeestje van zwemclub Eijsden op de zaterdagavond wordt waarschijnlijk te gezellig en daarom ga ik op de zaterdag.  
Op deze grijze zaterdag blaast de wind een behoorlijk deuntje mee. De temperatuur laat in vergelijking tot een week eerder een behoorlijke steek vallen.  Het is 5 graden en ronduit koud. De parcoursbouwer kent geen scrupules en rijgt de ene klim aan de andere vast. Alle meters hellende weg in het Limburgse heuvelland en het Belgische grensgebied lijken  weer opgenomen.  Maar het gaat crescendo en met een aardig tempo raffel ik de eerste 50 kilometers af. De voorbode (motoren) van de professionals die aan hun “ hel” bezig zijn lopen me in boven aan de beklimming van Teuven naar de Planck. Na 20 minuten klappertanden in de kou dienen de eerste wielrenners zich aan. Wachten in een ijskoude wind, bezweet en met iets te weinig kleding aan is niet echt prettig. De spieren koelen te veel af . In een glimp zie ik onze plaatselijke vedette Rick van Caldenborgh; hij zit er nog bij - sjiek voor die jongen!



Nadat de bezemwagen is gepasseerd vervolg ik mijn weg door het Voerens gedeelte. Crindaal, waar vandaag geen tijdmeting is , fiets ik nog in een aardig tempo op maar dan voel ik al dat de benen niet fris meer zijn. Beetje krampneiging; waarschijnlijk te veel afkoeling. Het gaat steeds moeilijker en Rullen rij ik in een rustig tempo op; er volgen immers nog twee killers. 
Op de Voie de Mort merk ik dat dit ritje zijn naam eer aan doet. Te gek voor woorden maar de 70km die ik er dan heb opzitten zijn eigenlijk genoeg. Dood gaan op de Voie de Mort kan natuurlijk niet. Dat bewaar ik voor de laatste beer op de weg; Larbois/Les Waides; de apotheose voor de sterken, een bestraffing voor hen die te weinig kilometers gemaakt hebben. Helaas behoor ik tot de laatste categorie. Met kramp in kuit en bovenbeen bereik ik de top, waarna ik met een straffe wind tegen een lekkere douche tegemoet rijdt. In voeren wijs ik een rillende uitgevallen deelnemer van de profkoers de weg naar Eijsden. In mijn beste Frans. Die jongen was door en door koud. Niet gek met een korte broek , een dun shirt en armstukken.  


Flink afzien maar toch een leuke dag. Mooi parcours, de profs op je hielen, nog net op tijd om Luuk te bewonderen tijdens de dikke bandenrace.



Daarna een heerlijk feest in de avonduren. Gelukkig hoef ik op zondag niet meer te fietsen. 


.

.